Jaap van Kesteren, verdediger van de v.v. Noordwijk stond op 4 mei 1970 in Forte dei Marmi (Italië) met het Nederlands amateurelftal in de finale van het Europees Kampioenschap tegen Spanje. Het was al de tweede finalewedstrijd, want de eerste – op 1 mei – was na 2 uur voetbal geeindigd in een gelijkspel, onder meer als gevolg van briljant keeperwerk van Sies Wever, later nog reserve-doelman van Ajax.

In die tweede finale ging het Nederlands team ten onder met 2-1 en die nederlaag was niet aan Jaap van Kesteren te wijten. Hij speelde ongetwijfeld net zo degelijk als hij altijd al bij Noordwijk deed, maar de Spanjool was net één maatje te groot (waar kennen we dat van?).

Aan die finale was van alles voorafgegaan. Het team bestond uit een mix van zaterdag- en zondagvoetballers. De finale was gepland op een zondag en de zaterdagsectie van de KNVB had de zaterdagvoetballers, onder wie Jaap, verboden om op zondag 1 mei te spelen, als Nederland al überhaupt die finale zou halen.

De zaken liepen hoog op en uiteindelijk besloot het algemeen bestuur van de KNVB dat de spelers zelf maar moesten beslissen. Er was één speler die alsnog afhaakte. Van Kesteren besloot gewoon te spelen. Volgens mij had Jaap eerder gespeeld bij SJC en er zijn geen katholieke principes die het spelen op zondag verbieden, sterker nog: bij de katholieken mocht je – in tegenstelling tot de gereformeerden – op alle dagen van de week spelen, dat maakte allemaal niks uit, je kwam er net zo makkelijk de hemelen mee in. Of Jaap katholiek was, weet ik niet, maar met zijn overgang naar de v.v. Noordwijk kwam hij wel te vallen onder het calvinistische regiem van de zaterdagsectie.

Over de finale werd teleurgesteld geschreven in de kranten van die tijd. Sommige kranten verweten het vooral de gebroeders Van der Kerkhof (Willy en René) dat de finale niet gewonnen werd, ze zouden in slechte vorm hebben verkeerd. Amper vier jaar later zou René invallen in de échte WK-finale in München, beide broers zouden weer 4 jaar later samen spelen in de WK-finale in Buenos Aires. René van der Gijp meldde onlangs dat de gebroeders Van der Kerkhof het levende bewijs zijn van de stelling dat ‘twee minder zijn dan één’, maar dat is een loutere woordgrap en doet geen recht aan de grote verdiensten van de tweeling voor het Nederlandse voetbal. Die verdiensten begonnen daar in mei 1970 in Italië en ook Jaap van Kesteren droeg daar toen zijn steentje aan bij.

Jaap keerde gewoon weer terug bij de v.v. Noordwijk, werd later nog wel landskampioen met die club in 1973 en nog later keeperstrainer en verzorger van het eerste. Hier staat hij vooraan op de foto (in het lichte kostuum) in gezelschap van  enkele spelers die met sippe blik een voetbalfinale voorrang gingen geven boven religie, of liever: boven doorgedraaide kerkgang.