
De parmantigheid straalde er al vroeg van af, zelfs in een wel erg ruim vallend colbert. De jongeman op de foto is Ernest Louis baron van Hardenbroek van Lockhorst (Utrecht, 10 februari 1862 – Den Haag, 20 januari 1912). Hij zou tussen december 1901 en maart 1908 op meer dan eervolle wijze het ambt van burgemeester van Noordwijk voeren. Met zijn ervaring als oud-burgemeester van de badplaats Domburg zorgde hij in zeven jaar tijd voor een aantal vernieuwingen in Noordwijk. Zo deed hij in 1902 eigenhandig een verzoek in de gemeenteraad om de openingstijden van de cafés in het dorp te verruimen. Bij een mondaine badplaats als Noordwijk kon het, aldus Van Hardenbroek van Lockhorst, namelijk niet zo zijn dat de tapperijen al om half elf ’s avonds dicht gaan. Een verruiming van een half uur kon in zijn ogen al heel wat betekenen. Ook werd onder zijn bewind het stinkende stukje Dinsdagsche Watering, oftewel De krocht langs de Wilhelminastraat overkluisd. Ook elders werd het rioolstelsel ingevoerd, dan wel verbeterd. Verders introduceerde hij een heuse steenkolengasfabriek. Een andere belangrijke mijlpaal onder zijn bewind was de totstandkoming van de ‘Verordening op het gebruik van de Zeebaden en het Strand’ in juni 1903. Volgens de burgemeester was de noodzakelijkheid gebleken om regels op het strand in te voeren en aldaar een beter beleid over te voeren. Er kwamen zestien artikelen die strikt moesten worden nageleefd. Van Hardenbroek was redelijk populair in Noordwijk. Misschien niet in de laatste plaats omdat hij ’s nachts eigenhandig de straten van Noordwijk inspecteerde in politie-uniform (hij was qualitate qua hoofd van de politie).
Hij werd niet oud, hij werd niet eens 50 jaar.
