
Op zaterdag 8 oktober 1960 dachten velen in Noordwijk nog de laatste tram naar Leiden wel te kunnen nemen. Maar de NZH – wijs geworden door eerdere gebeurtenissen in Noord Holland (er werd door de ware liefhebbers veel uit de laatste tram gesloopt) – had besloten om bij verrassing de laatste tram al op vrijdagavond 7 oktober te laten rijden. Noordwijkers die op de tram stonden te wachten kregen de bus. Zo ging die laatste tram aan veler neuzen voorbij. In Noordwijk werd diep getreurd. Twee dorpsdichters, J. Ammeraal en Nard Augustinus, dompelden hun kroontjespen in inktpotten vol weemoed. Ammeraal deed dat op 21 oktober in De Noordwijker, Augustinus was er al eerder bij: op 7 oktober in De Zeekant (knipsels met dank aan Peter).

