Ik lees dat oud-voetballer en -trainer Ruud Bröring – voetbalheld uit mijn jonge jaren – gestorven is. Er komen mooie herinneringen naar boven. Hij speelde van 1963 tot 1984 in het eerste van de vv Noordwijk, eerst als linksbuiten, later als spits. Hij werd met Noordwijk diverse malen afdelingskampioen en twee keer algeheel landskampioen. In 1999 sleepte hij Noordwijk ook als trainer naar het afdelingskampioenschap.

Ik heb hier wel eens verhaald over wedstrijden waarin hij uitgebreid zijn grote talenten etaleerde: kopsterk, een neus voor de goal, altijd zwoegen en sleuren, soms de tegenstanders een beetje uitdagen tot op het sarrende af en altijd met de nodige humor.. Maar ik verhaalde ook over wedstrijden waarin hij niet vooruit te branden leek. In zulke gevallen begon de staantribune aan de zeekant hem op te fokken, Hij werd wel vaker een beetje genegerd: ze riepen ‘ rooie’  naar hem vanwege zijn haarkleur. Je zag hem in beweging komen, steeds fanatieker en steeds feller en soms ook een beetje onbesuisder. Hij en de staantribune aan de zeekant kwamen pas weer tot rust als hij zijn goal gemaakt had (in mijn herinnering maakte hij er in die omstandigheden altijd één).

Soms werd het hem ook te gortig, dat gedoe van de zijkant; één keer moet hij van het veld gelopen zijn, de tribune op om verhaal te halen. Ik dacht altijd dat dat een apocrief verhaal was, maar ‘De Bro’ reageerde in persoon op mijn blog als volgt: <<Klopt helemaal dit verhaal alleen om mij ‘Rooie’ te noemen deed mij niets. Pas toen Adriaan van Rooyen sarrend: “Bröring Hoogwaak” begon te zingen raakte me dat enorm. Ik weet nog dat ik bij een ingooi, toen Adriaan weer aan het zagen was op die ‘Zee-tribune’, tegen de scheids zei: “Ik ga even iets recht zetten!” Met de bal onder mijn arm stapte ik de tribune op, stierde op Adriaan af, pakte hem bij zijn kraag en vertelde hem dat ik hierdoor niet beter ging spelen en hij met zijn negatieve teksten de ploeg benadeelde. “Probeer eens wat positievere teksten”, beet ik hem toe. Vanaf die dag deed hij dat ook. Zelfs als ik beroerd speelde bleef hij me verbaal steunen. Het jaar daarop in 1980 was ik 33 jaar, speelde ik mijn beste wedstrijd en werden we glorieus Landskampioen, met dank aan Adriaan.>>

In een ander stukje in deze bloggenreeks benoemde ik hem als de op één na beste spits die de vv Noordwijk ooit had gehad. Eerste op mijn ranglijst was Kees Marijt, derde Arie Weijers (Ruud en Arie waren overigens ooit begonnen bij SJC). Er was een korte periode dat ze alle drie in één elftal speelden. Meest gedenkwaardig in die orde van grootte was de derby tegen Rijnsburgse Boys op 30 januari 1967. Niet omdat Bröring toen het veld werd uitgestuurd, maar omdat Kees Marijt en hij allebei (!) met rugnummer 11 speelden. De Nieuwe Leidsche Courant schreef dat dit een tactische zet was, maar die tactiek werd noch aan Rijnsburgse, noch aan Noordwijkse zijde goed begrepen. Wat mij betreft werd met deze dubbele nummering het aanvalsleiderschap symbolisch overgedragen van de ene legende naar de andere. Ruud Bröring zou dat leiderschap met verve invulling geven. Tot aan twee algehele landskampioenschappen aan toe. Legendarisch.