IMG_0420-0

Een brief van burgemeester Dr. J.B.V.M.J. van de Mortel aan de dienstdoende superieur in Den Haag middenin de oorlog. Van de Mortel laat weten dat hij het bijna zat is en eigenlijk al niet meer in staat is om zijn ambt op een integere wijze te vervullen met de Duitse machten boven hem. “Burgemeester in oorlogstijd” is na 1945 een wat beladen term geworden. Er werden bestuurderen mee aangeduid, die na de inval van de Duitsers op hun post waren blijven zitten en soms ook gedwongen waren mee te werken aan maatregelen waar men tegen was. Maar onder het motto ‘om erger te voorkomen’ wisten ze toch ook vaak nog hele goede dingen voor hun burgers te bereiken. Maar er waren grenzen natuurlijk en de beladenheid van de term is ontstaan bij de beoordeling van sommigen, die bepaalde veronderstelde grenzen overschreden. Van de Mortel niet: zijn brief getuigt van grote moed. Hij schreef de brief op 20 februari 1943. Hij zou het nog een tijdje aanzien, maar op 20 januari 1944 was het toch zo ver en trad hij af. Hij werd vervangen door de NSB-er Musegaas, maar na de oorlog zou Van de Mortel weer een jaartje terugkomen in zijn oude ambt. Hij had het goed gedaan en wilde het ook goed afmaken.