fotoIn de Utrechtse Universiteitsbibliotheek bevindt zich een curieus document dat allerlei kunstwerken en inscripties beschrijft die zich aan het begin van de 17e eeuw bevonden in kerken en kloosters in de Nederlanden. Het was onder de chique Latijnse titel  Inscriptiones monumentaque in templis et monasteriis Belgicis inventa opgetekend door ene Arnoldus Buchelius en deze Arnoldus kwam ook in Noordwijk langs. In juli 1623 was hij op bezoek bij de kannunik Frans van der Does in Noordwijk(waarschijnlijk een broer van de Heer der Heerlijkheid Noordwijk, ook een ‘Van der Does’, meer waarschijnlijk de zoon van Janus Dousa, Steven) en hij schrijft:

In juli 1623, toen ik in Noordwijk op bezoek was bij Frans van der Does en zijn vrouw en kinderen, gingen we naar een nabijgelegen plaats, waar vroeger het klooster ter Lee lag en waar nog armzalige resten van overgebleven waren. Er stond een lindeboom, en het was er gezellig ingericht, zodat we daar konden zitten, en er werd een etentje voor ons klaargemaakt. Op de plaats waar de kloosterkerk gestaan had, waren nog enkele grafzerken te zien, waarop abdissen in vol ornaat gebeeldhouwd waren. Op een ervan stond dit opschrift: Agnes van Boekhorst tot Noordwijk, abdis van dit klooster, overleed 30 augustus 1482; haar ziel ruste in heilige vrede. Op een ander was langs de rand te lezen De eerwaarde Gijsberta van Waardenburg en Broekhuizen, abdis van dit klooster, overleden in 1557. Er ligt nog zo’n steen, maar lichter van kleur met de afbeelding van een abdis, en het wapen van de familie Van Brakel met vissen en kruisen.

Arnoldus ging ook nog even langs in de Grote Kerk in Noordwijk-Binnen en over dat bezoek schrijft hij:

In Noordwijk heb ik rond dezelfde tijd een memorietafel van de familie Van der Does gezien, die vroeger [in de abdij] ter Lee heeft gestaan. Het was ooit als bewijsstuk in een bepaald proces naar Utrecht gebracht, en Frans van der Does heeft het met behulp van zijn neef Otto, heer van Zevender, naar Noordwijk teruggebracht. Het middenpaneel is voor die tijd niet slecht gedaan, maar de luiken zijn zeer slecht en zijn er later bijgevoegd.

Arnoldus blijkt ook al eerder in Noordwijk te zijn geweest en wel in mei 1619 en daarover meldt hij volgende:

Mooi en lieflijk is deze plaats, die ook door vele edelen bewoond wordt. De status van heer van het dorp is van de familie Van de Boekhorst aan Van der Does overgegaan. Janus Dousa, de schout van het dorp, zingt hierover in zijn Leidse oden aldus: ‘En mijn bezitting in het noorden, een dorp.’ Vanwege zijn rol in de verdediging van Leiden is hem de heerlijkheid van dit dorp geschonken, en die is op zijn zoon Steven van der Does overgegaan. Dit jaar, 1619, heeft hij die verkregen. Hier werd in de maand mei 1619, toen ik erheen ging met mijn neef Adolf Vorstius, een zekere Christoffel van Schagen, die in 1612 met Anna van Borsele getrouwd was, begraven. Omdat hij wat al te veel van de drank hield, werd hij ‘dronken Schagen’ genoemd. In de kerk lag een blauwe grafsteen, waaronder Bartout van Egmond, met zijn vrouw Anna van Almonde begraven lag, met de wapens van Egmond, Almonde en Eversdijk. Op een andere steen, die gebroken is, zijn de wapens van Van der Does te zien, versierd met een morenkop. Er hing een bord met de geschilderde wapens van Bronkhorst, Scherpenzeel, Schagen, Boekhorst, Zwieten, Coenders, en deze met een wapenrok op een rouwbord. Op een andere grafzerk Floris van de Boekhorst met Jenne van Schagen, dochter van Catharina van Zwieten.

Het is al met al een telefoonboek vol met eerbiedwaardige doden die daar in Noordwijk begraven lagen of daar in het weiland bij de Haarlemmertrekvaart, waar ooit dat trotse klooster Leeuwenhorst (‘Ter Lee’) heeft gestaan. Arnoldus Buchelius heeft zijn hele boekwerk in het Latijn geschreven om maar aan te tonen dat hij niet van de straat was. Zijn beschrijving van de picknick temidden der graven van gestorven kloosterabdissen is intrigerend en bijna hilarisch. Ik verwed dat de grafzerken nog steeds diep verzonken liggen in de natte klei van het weiland. Ik weet niet of er ooit archeologisch onderzoek naar is gedaan.