
Het herstel van de bisschoppelijke hiërarchie in 1853 leidde tot een onwaarschijnlijke bouwwoede onder katholieken. Veel relatief grote, neogotische kerken in veel relatief kleine dorpen. Het kon allemaal niet op bij dit lange tijd onderdrukte volksdeel, de emancipatiestrijd moest niet alleen in geestelijke, maar ook in fysieke zin gestreden worden, met bakstenen en veel architectonische pracht en praal. De ontstaansgeschiedenis van de St.Jeroenskerk in Noordwijk Binnen moet tegen die achtergrond worden beschouwd.
Interessant is het om te zien dat de schepping van architect Nicolaas Molenaar uiteindelijk in twee etappes tot stand kwam. Deze foto biedt het beeld van de eerste etappe: het nieuwe koor en het nieuwe dwarsschip staan er al in hun hemelreikende trots. Het waterstaatsgedeelte van de ‘oude kerk’ staat er rechts wat scharminkelig bij.
Die eerste etappe finishte voorlopig in 1894 en toen was het geld op, of de goesting was even weg, of er waren geen bakstenen meer. Pas in 1926 zou de rest erbij komen en zou de kerk feestelijk geopend worden met bisschoppelijke aanwezigheid, misdienaars en acolieten, een voor de gelegenheid met solisten uitgebreid zangkoor en een verstikkende hoeveel wierook, opstijgend in de nieuwe gewelven.
Bijgaande foto is dus genomen tussen 1894 en 1926 en hij is zo mooi en zo beeldend dat ik de wierook al weer voel prikkelen in mijn neusgaten.
