fotofotoDe Villa Nova was een majestueus huis, gelegen op een hoge duintop aan de kruising tussen Nieuwe Zeeweg en Prins Henrikweg in Noordwijk aan Zee. De Blauwe Tram reed er -aan de voet ervan – piepend en krakend langs, want hij was net amechtig vanuit Noordwijk Binnen de hoge heuvel opgeklommen. Het huis werd laatstelijk bewoond door dokter Jan Mulder, die me er nog wel eens als kleine jongen op een zondagochtend aan een slapend been verholpen heeft. De Gemeente Noordwijk oordeelde het niet nodig om het huis daarna tegen verval en afbraak in bescherming te nemen. Geen spat gevoel voor geschiedenis (behalve dan voor de verlopen geschiedenis van een al meer dan een eeuw lang vervlogen visserijverleden met achterlijke klederdrachten en al). De Villa werd achteloos van de hand gedaan aan een Noordwijkse aannemer die er met veel te veel geld en veel te weinig smaak de slopershamer opzette en er een wanstaltige bungalow voor in de plaats bouwde. Als excuus werd er aan de overkant van die vreselijke bungalow een buste van Verwey geplaatst van Wenckebach, die Verwey met veel gevoel voor de latere geschiedenis boetseerde met veel woede en gefrons in de ogen. Allemaal op de plek waarheen een jonge Henriette Roland Holst vanuit Binnen naar toe wandelde om wijze adviezen van Verwey in ontvangst te nemen. Waarheen prinses Juliana fietste vanuit Leiden om nog een achterstallig college in te halen of zomaar bijgepraat te worden over de Nederlandse letteren, de punten en de komma’s. Waar de posbode brieven bezorgde van Willem Kloos, Jacques Perk, Frederik van Eeden, Stefan George en R. Pannwitz. Maar ook van Theo van Doesburg, Vincent van Gogh en H.W. Mesdag, van H.P. Berlage en Ferdinand Domela Nieuwenhuis. Waar Lodewijk van Deyssel een wel geziene gast was en er ook over schreef in zijn gedenkschriften: ‘Langs den voorgevel met waranda zijner “Villa Nova” geheeten, woning, was een weg in de richting der zee, terwijl langs den zijgevel, waarin de voordeur zich bevond, de groote straatweg naar Noordwijk-Binnen was, waarover de stoomtram uit Leiden ging. (…) Een voorval in het huiselijk verkeer was, dat toen wij eens met zijn allen in de waranda zaten, de mannelijke leden van het gezelschap op den zeewaartschen weg langs de waranda in wedstrijd er om dongen wie het best met door dat bekeken worden onaangedaan gelaat het hem bekijkend gezelschap der waranda kon passeeren.’ Van Van Deyssel en van Verwey hangt een prachtige foto in het Letterkundig Museum in Den Haag, volop genietend van de zon op het terras met de bollenvelden in het verschiet aan de zijkant en het majestueuze huis achter hen. Mea Verwey – de dochter van – heeft nog veel van het dagelijkse leven in de Villa beschreven (de bezoekers, haar moeder Kitty van Vloten, de School met de Bijbel in Noordwijk Binnen). Ook haar kinderboek "de Kraai" speelde er grotendeels, geillustreerd met prachtige tekeningen van de ook al in Noordwijk wonende kunstenaar Leon Senf. En zo is er toch nog wat bewaard gebleven van dat prachtige stukje Noordwijks erfgoed, zij het niet met dank aan een ongeletterd en van historisch besef gespeend College van B&W van de Gemeente Noordwijk, noch aan een barbaarse Noordwijkse ondernemer die uiteindelijk de Villa Nova naar beneden haalde (en waarschijnlijk voorover liet storten in het delletje aan de andere kant van de Prins Hendrikweg dat – in mijn tijd – bekend stond als ‘ De Hel’).